Gilbert van Drunen: Café Chantant 2018

Zingen is fijn; net als tekenen. Omdat het zo lekker doorgaat.
Zingen en tekenen zijn van die werkwoorden die vrijwel niets met werken te maken hebben.
Het lied wat de timmerman zingt tijdens z’n werk zorgt er in geen enkel opzicht voor dat het kozijn in de muur past, laat staan dat het een plank doorzaagt.
Zingen maakt werken draaglijk, want laten we eerlijk zijn; werken is verschrikkelijk.
En het grootste deel van ons leven werken we keihard. Vreselijk.
Zingen maakt het leven draaglijk.
Tekenen ook.
Snorretjes tekenen in de Panorama op zondag… verder verwijderd van het werk wat maandag weer begint is nauwelijks denkbaar. Hoeveel accountmanagers tekenen de kantlijn niet vol met monsters? Droedelend nemen we de baas in maling.  Nee hoor; super leuk dat werk.
In het café tekenen met je vinger in de kringen bier op de bar als je even niks weet te zeggen. En dan plots gaan je gedachtes mee in een lied wat je hoort en denk je aan die vakantie of dat glas wijn toen en toen. Of als dezelfde timmerman aan de bar dan toch weer even terug aan dat kastje in die keuken wat tijdens dat nummer op de arbeidsvitaminen van de muur viel ondanks die zes schroeven. Het lied zorgt ervoor dat het werk uitgelachen wordt. En het liefst zingen we dan met z’n allen heel hard mee. Want heel diep van binnen hebben we allemaal een godsklere hekel aan werken.
Alleen durft niemand het te zeggen. Nee, je werk moet je lust en leven zijn. Werk is het allerbelangrijkst wat er bestaat.
Misschien is dat wel de reden dat er zo weinig nieuwe liederen ontstaan.
Het sluitingslied in café de Schouw hier in Rotterdam is vast dertig jaar oud, misschien ouder, de meeste voetballiederen stammen uit de vorige eeuw. Volksliedjes zijn doorgaans honderden jaren oud en vertegenwoordigen een pracht collectief besef.

Toine Horvers is reiziger en heeft een koffer vol liederen.
Waar andere mensen foto’s maken op vakantie, of een dagboek bijhouden, schrijft Toine liederen op die hij op straat hoort. Met een eenvoudige walkman neemt hij de liederen op en schrijft ze ’s avonds in z’n hotelkamer uit. Fonetisch. Hij probeert zo met deze twee bronnen de liederen zo goed mogelijk na te zingen. Na te bootsen; mimesis – de moeder van alle schonen kunsten wordt zo volstrekt oprecht ingezet. Omdat het zo prachtig is, al die liederen.

In de immer boeiende Verenigde Staten blijkt op vrijdag de dertiende de werkvloer massaal gemeden te worden. Ben benieuwd welk lied ze daarbij aanheffen in het café. Waarschijnlijk kruipen ze allemaal angstig thuis onder tafel en neuriën daar een christelijk country lied… Ook een mooi beeld.
In Koffie & Ambacht zingt Toine Horvers zich op vrijdag 13 oktober door z’n volledig repertoire.
U bent van harte welkom hierbij aanwezig te zijn.
Op verzoek van de artiest is de toegang gratis.